De kracht van een foto wordt bepaald door de keuze van het juiste moment. Soms gaat alles zo snel dat je als fotograaf vrijwel kansloos bent bij het kiezen van het juiste moment. Probeer maar eens een ijsvogel die het water in duikt te fotograferen. Veel natuurfotografen gebruiken een snelle professionele camera zoals de Canon 1Dx of Nikon D4s. Zo veel mogelijk opnames per seconde in plaats van de hoogst mogelijke resolutie. Want voor mooie opnames op een website of een full-HD diashow heb je niet meer dan twee megapixels nodig. En met 8 megapixels kan je een verrassend mooie afdruk op A3 maken. Dat kan ook zonder dure camera. Heb je een Panasonic of Nikon 1 camera, dan kan je de actie vastleggen met 50 (of meer) beelden per seconde. Mits goed uitgevoerd, vergroot je daarmee de kans op het vastleggen van precies dat ene moment. | ![]() |
10 beeldjes per seconde is niet genoeg Dit zijn 9 opeenvolgende opnames van een ijsvogel die het water induikt. Gefilmd met 25 beelden per seconde vanaf zeer grote afstand met een forse telelens op een mistige dag, omgezet in een GIF animatie. Let dus niet op de beeldkwaliteit. |
|
Kies (in dit geval) een camera met een klein sensor |
|
Begrijp me niet verkeerd. Dit is geen pleidooi om niet te kiezen voor een camera met een grote sensor. Wie zich een goede telelens en een professionele spiegelreflexcamera kan veroorloven, krijgt er een hele mooie beeldkwaliteit voor terug. Voor veel fotografen zijn het gewicht, de grootte en de prijs van een professionele spiegelreflexcamera-uitrusting te hoog gegrepen. Een spiegelloze systeem camera is dan een interessante optie. Ten eerste zijn deze camera’s èn de bijbehorende lenzen goedkoper, lichter en compacter. En het is makkelijker om een camera te maken die veel opnames per seconde maakt als de spiegel niet tussen iedere opname op en neer hoeft te klappen. Het scheelt ook in de herrie die een camera maakt bij het maken van serieopnames. Ten derde zorgt de crop-factor van camera’s met een kleinere sensor er voor dat je met een relatief korte brandpuntsafstand (200mm of 300mm) een onderwerp al zeer dichtbij haalt. Zeker voor natuuropnames kan dat een groot voordeel zijn. | ![]() |
Net te laat? Buffer vol voordat de actie begint? Niet bij video! |
|
Fotograferen van snel bewegende onderwerpen vergt veel oefening. Als je afdrukt op het moment dat de actie begint, ben je meestal te laat. Een ervaren fotograaf van auto- of motorraces hoort dat een race-auto of motor er aan komt en drukt al af voordat het onderwerp in beeld is. Nog moeilijker is het om te anticiperen op het juiste moment als de actie niet te voorspellen is. Probeer je een foto te maken van een ijsvogel die het water induikt, dan zal je regelmatig afdrukken voor een ijsvogel die alleen maar gaat verzitten. Begin je te vroeg met fotograferen, dan raakt de buffer van de camera vol en is het enige tijd niet mogelijk om een opname te maken. Het is maar een paar minuten, maar als je een foto wil maken, lijkt het een eeuwigheid. Maak je een video-opname om er later een mooie foto van te maken, dan laat je de video lopen en kies je thuis de beste opname. Dertig minuten lang kan je met 50 beelden per seconde een video maken zonder dat de camera er mee stopt. Als je SD kaart snel en groot genoeg is, tenminste. |
|
Panasonic GH4: eerste keuze bij video |
|
De Panasonic GH4 is een ijzersterke camera om foto’s te maken, zoals we in onze test lieten zien. Maar als betaalbare high-end video-camera is de Panasonic GH4 vermaard. De Panasonic GH4 biedt enorm veel instellingsmogelijkheden en is een van de weinige camera’s onder de 2000 euro waarmee je in Ultra-HD (3840×2160; 4 keer zo veel pixels als full-HD) met 30 beelden per seconde kan filmen. Kies je voor full-HD video, dan kan je filmen met 60 beelden per seconde, waarbij Panasonic’s unieke Extra Teleconverter (ETC) zonder kwaliteitsverlies een extra vergroting van het onderwerp biedt. Met een 200mm lens heb je dan een beeldhoek die bijna net zo klein is als van een 1000mm lens op een camera met een volformaat sensor. Een goed statief is dan onontbeerlijk. | ![]() |
Nikon 1: low cost snelheidsduivels |
|
![]() |
|
Qua ergonomie is het wennen om een relatief grote lens op een kleine Nikon V3 camera te gebruiken. Dankzij de snelle autofocus van de Nikon 1 serie, wordt je beloond met een hoog slagingspercentage van je opnames. Het hybride autofocus systeem van de Nikon V3 heeft 171 AF-punten. Bij continu scherpstellen fotografeer je met deze snelheidsduivel tot 20 beelden (van 18 megapixels) per seconde. De resolutie van full-HD video is lager, maar je maakt zo wel 60 (full HD=2 megapixel) opnames per seconde. Bij natuuropnames kan de telelens niet lang genoeg zijn. De 3.7 crop-factor van een Nikon 1 pakt dan voordelig uit: Sinds kort is er een speciale telezoom Nikon 1 NIKKOR VR 70–300mm f/4.5–5.6 te koop. Met een adapter zijn ook alle Nikon objectieven voor spiegelreflexcamera’s te gebruiken op een Nikon 1 camera. Dankzij de crop factor van 3.7 is de beeldhoek van een 300mm lens op een Nikon 1 gelijk aan de beeldhoek van een 1100mm supertelelens op een spiegelreflexcamera met een volformaat sensor. |
![]() |
PS: Niets gaat vanzelf, dus ook het maken van de perfecte foto uit een video-opname heeft nog wel wat voeten in de aarde. Daar kom ik nog op terug. |