In deze Tamron Tap-In Console How To laten we zien welke mogelijkheden de Tap-In Console biedt en leggen we je stap voor stap uit hoe je de verschillende instellingen kan toepassen. De review van de Tamron Tap-In Console vind je hier.
Een Zwitsers zakmes voor je lens: Tamron Tap-In Console
Set up
De eerste stap die je moet doen om de Tap-In Console te gebruiken is hem aansluiten op een computer met internetverbinding en de Tap-In Utility software downloaden. Dat kan bijvoorbeeld via deze link. De internetverbinding moet tijdens de hele periode dat de Console gebruikt wordt actief blijven.
De volgende stap is het plaatsen van het objectief op de Tap-In Console. Dit is in feite hetzelfde als het bevestigen van een camera of achterlensdop op het objectief. De software vervolgens het aangesloten objectief en controleert de firmware. Als er nieuwe firmware is, kan je deze installeren op het objectief door op de knop ‘Firmware update’ te klikken.
De rest van het proces gaat volledig automatisch
Als de update klaar is, krijg je deze melding in je scherm:
Tab 1 – Focus Adjustment
Na het openen van de Tap-In Utility software is er keus uit drie tabbladen. Het eerste tabblad is voor het calibreren van de autofocus.
De Focus Adjustment kan op drie verschillende afstanden plaatsvinden en bij zoomlenzen op verschillende zoomstanden. De afstanden die je kan instellen zijn oneindig, de kortste stand en een afstand die in het midden van de scherpstelslag zit. Welke afstand dat precies is, varieert per objectief. Voor een objectief met een vast brandpunt zijn er dus drie waardes die kunnen worden ingesteld. Voor zoomobjectieven kunnen maximaal 8 zoomstanden op drie afstanden worden gecalibreerd. In totaal zijn dat maximaal 24 waardes.
Wil je die allemaal optimaal krijgen, dan kost dat wel enige tijd. De werkwijze is om eerst op de betreffende afstanden te kijken of het objectief last heeft van front- dan wel backfocus. Dit doe je door opnames te maken vanaf statief op een onderwerp met diepte. Heel luxe is het om hiervoor een LensAlign te gebruiken.
Maar het kan bijvoorbeeld ook een schuin geplaatste plank of grote lineaal zijn. Stel scherp op een bepaald punt, neem de opname en kijk of de scherpte voor of achter het ingestelde punt ligt. Zet vervolgens het objectief op de Tap-In Console en voer een correctie waarde in. Een min waarde zorgt ervoor dat het objectief iets dichterbij scherpstelt, voor als de scherpte voor je onderwerp lag, een plus waarde zorgt ervoor dat de scherpstelling iets verder weg komt te liggen. Druk op ‘Apply setups to lens’ en wacht tot je de mededeling ‘Lens custom setup complete’ krijgt. Dat duurt doorgaans maar enkele seconden. Ontkoppel de lens, neem weer een testopname en kijk of het resultaat beter is. Als het iets beter is, maar nog niet helemaal goed, dan voer je de hele procedure nog een keer uit met een iets hogere waarde. Heb je het objectief op de kortste instelafstand perfect, dan herhaal je de hele procedure voor de middenstand en oneindig. Het kost even tijd, maar als je dit zorgvuldig doet, krijg je een objectief dat over het hele instelbereik perfect scherp is. Voor zoomobjectieven moet je dit uiteraard ook nog doen voor de verschillende zoomstanden.
Tab 2 – Focus Limiter
Het tweede tabblad biedt de mogelijkheid om het autofocusbereik te veranderen van Tamron objectieven die hiervoor een schakelaar hebben. De Tamron SP 150-600mm f/5-6.3 Di VC USD G2 heeft bijvoorbeeld zo’n schakelaar met drie standen. De eerste stand is ‘full’. Hierbij stelt het objectief scherp over het hele bereik. Wanneer je zeker weet dat je het dichtbij bereik niet nodig hebt, bijvoorbeeld tijdens het fotograferen van wild, dan kan je kiezen voor de middelste positie. Hierbij stelt het objectief scherp van 10 meter tot oneindig. Wil je het objectief gebruiken voor een portret of kleine vogels dichtbij, dan kan je kiezen voor de onderste positie, die loopt van de kortste afstand van 2,2 meter tot 10 meter.
Deze afstanden kunnen met de Tap-In Console worden aangepast. De Tap-In Console moet dan weer aangesloten zijn op de computer, de software geopend en de lens moet op de Tap-In Console zijn geplaatst. Vervolgens kan je het ‘kortste’ instelbereik bijvoorbeeld wijzigen naar 2,2 tot 5 meter. Of je kan juist kiezen voor meer overlap door bijvoorbeeld bij de onderste positie te kiezen voor 2,2 tot 15 meter en de middelste voor 7,5 meter tot oneindig. De waardes van de Focus Limiter kan je dus helemaal aanpassen aan je eigen wensen.
Na het instellen van de gewenste afstanden druk je weer op ‘Apply setups to lens’ en wacht je weer tot alle waardes correct zijn geupload naar het objectief.
Tab 3 – Custom
Het derde tabblad heet Custom en biedt de mogelijkheid om diverse functies van Tamron objectieven te wijzigen. Welke dat zijn, hangt van het objectief af. De relevante functies krijg je in het tabblad te zien. Bij de Tamron SP 150-600mm f/5-6.3 Di VC USD G2 zijn dat er twee. Om te beginnen kan je de manual override van de autofocus aanzetten en aangeven hoe snel de scherpstelling moet veranderen als je aan de scherpstelring draait. Hiermee bepaal je dus hoe groot of klein de scherpstelslag is.
Na het veranderen van de waardes druk je weer op ‘Apply setups to lens’ en wacht je weer tot de nieuwe waardes volledig naar het objectief zijn weggeschreven.
De tweede mogelijkheid die het Custom-tabblad biedt, is het veranderen van de voorkeuren van de beeldstabilisatie. Dit geld natuurlijk alleen voor objectieven met Vibration Compensation, beeldstabilisatie dus, ofwel: VC. De Vibration Compensation is vanaf de fabriek ingesteld op ‘standaard’.
De stabilisatie werkt hierbij continue, waardoor je zowel een rustig zoekerbeeld als een gestabiliseerde opname krijgt. Je kan er echter voor kiezen om de beeldstabilisatie te optimaliseren voor het moment waarop de opname wordt genomen. De stabilisatie van het zoekerbeeld neemt dan iets af. Deze stand heet: Capturing image-stabilization priority.
Je kan ook juist voor een zo rustig mogelijk zoekerbeeld kiezen. Dat gaat dan iets ten koste van de stabilisatie van de opname zelf. Hiervoor kies je bijvoorbeeld als je snelle actiefoto’s maakt met hele korte sluitertijden. De beeldstabilisatie van de opname minder belangrijk is dan minder belangrijk omdat de opnames door de korte sluitertijden toch wel scherp zijn. Je kan er dan voor kiezen om je onderwerp optimaal in beeld te houden zonder veel last te hebben van trillende handen op 600mm. Kies dan voor: Viewfinder image-stabilization priority.
Na het veranderen van de waardes druk je weer op ‘Apply setups to lens’ en wacht je weer tot de nieuwe waardes volledig naar het objectief zijn weggeschreven.