De lezers van CameraStuffReview stellen sterk verschillende eisen aan camera’s. Een groot deel zoekt een camera met een assende prijs/kwaliteitsverhouding of specifike eigenschappen. Een klein deel is op zoek naar het beste van het beste. Voor die laatste groep sluiten wij ons aan bij deze tip van Tony Northrup:
We testen camera’s van de laagste ISO waarde tot en met de hoogste ISO waarde, waarbij we altijd ook gebruik maken van eventuele mogelijkeden om het ISO bereik verder uit te breiden. Deze hoogste en laagste ISO waarden worden meestal niet meer met een ISO waarde aangeduid op de camera, maar bijvoorbeeld met Lo en Hi. De fabrikant garandeert de juistheid van deze extended versies niet in dezelfde mate als de reguliere ISO waarden, maar bij vakkundig gebruik hebben ze zeker nut. Sterker nog: 50 en 64 ISO zijn mijn favoriete ISO instellingen als het weer het toelaat.
De hoogste ISO waarden zijn fotografisch niet zo interessant, als het je te doen is om de hoogste beeldkwaliteit. Daarmee kan je fotograferen in het donker, als het echt niet anders kan. Maar de laagste ISO waarden, die meestal overeenkomen met 50 of 64 ISO, zijn heel interessant voor iedereen die streeft naar de allerhoogste signaal/ruisverhouding. Het zijn geen wereldschokkende verschillen, net zoals de signaal/ruisverhouding van een 100 ISO of een 200 ISO opname niet zo groot is. En voor wie consequent zo ver mogelijk overbelicht (Expose to the right) maakt het niet veel uit. Maar als je meestal de belichtingsmeter van je camera gewoon zijn werk laat doen, dan hebben de 50 of 64 ISO opnames net dat kleine beetje extra kwaliteit, waardoor je een nog grotere afdruk kan maken, of je opnames net een klein beetje meer kan verscherpen. Ieder voordeel heeft zijn nadeel: bij weinig licht wordt je sluitertijd langer en loop je bij lage ISO instellingen een extra grote kans op een bewogen opname. Ook is de speelruimte in de hooglichten minder als je de laagste ISO waardes gebruikt, al staan daar ruisvrijere schaduwpartijen tegenover.